dinsdag 8 juli 2014

Verhuisd naar www.remcovonk.nl

Mijn blog heeft tegenwoordig zijn eigen plekje, namelijk op www.remcovonk.nl. Binnenkort post ik daar weer nieuwe blogs, dus houd het in de gaten!

vrijdag 9 mei 2014

Conchita Wurst: de Vrouw met de Baard

Conchita Wurst, de Oostenrijkse inzending voor
het Eurovisie Songfestival 2014
Iedereen heeft er wel iets over gehoord of gezien: de ‘vrouw met de baard’ die voor Oostenrijk meedoet aan het Eurovisie Songfestival. Ik kan als LGBT-blogger het natuurlijk niet maken om hier niet iets over te schrijven.  Daarom hierbij mijn blog over Conchita Wurst.

Als je op de website van het Eurovisies Songfestival kijkt bij de pagina over Conchita Wurst valt meteen iets op tussen de reacties. Niet alleen daar, maar ook om me heen zijn er eigenlijk 3 soorten reacties te ondersch
eiden. Deze drie groepen zijn niet per se alleen rond Conchita te winden, maar om transgenders in het algemeen.

Om te beginnen is er een redelijk grote groep die het gewoon helemaal geweldig vindt en Conchita volledig steunt en het juist aanmoedigt wat Tom Neuwirth (de man achter Conchita) doet. De tweede groep bestaat uit mensen die het juist compleet afwijzen en het vreselijk vinden dat iemand zoveel aandacht moet opeisen met een uiterlijke vertoning. Een man is een man en een vrouw is een vrouw. Dan heb je nog de derde groep, die het op zich kunnen begrijpen dat een man ‘graag een vrouw wil zijn’, maar het belachelijk vinden dat ‘zo iemand’ dan als vrouw wil optreden, maar dan wel met een baard!

Tom Neuwirth
Het is heel jammer dat mensen niet open kunnen staan voor nieuwe variaties op dingen die zij al kennen. Het bekrompene aan de derde groep bestaat daarin, dat ze niet open staan voor het feit dat er naast de hokjes ‘man’ en ‘vrouw’ nog veel meer bestaat. In mijn eerdere blog Hokjes - Man en vrouw besprak ik al de stereotypen die bestaan rond mannen en vrouwen. Er zijn echter ook mensen die zich niet willen identificeren met één van beide geslachten. Dit kan verschillende redenen hebben. Zo heb je mensen die geboren met zowel vrouwelijke als mannelijke geslachtskenmerken, maar er zijn ook mensen bij wie dit gevoel van androgynie (zich niet mannelijk óf vrouwelijk voelen, maar (geen van) beide of er tussenin) puur psychisch is. Wat echter belangrijk is, is dat er ook een groep is die rationeel de keuze wil maken zich niet aan één van beide geslachten te conformeren.


Dolly Bellefleur, met op achtergrond
Ruud Douma
Deze gender non-conformiteit in al haar vormen heeft de verzamelnaam of parapluterm ‘transgender’ gekregen. Transgender zijn dus alle mensen die niet óf man óf vrouw zijn, of zich tenminste niet zo voelen of uiten. De bekendste varianten daarin zijn transseksuelen (kortgezegd mensen die “in het verkeerde lichaam” zijn geboren) en travestieten (kortgezegd: mensen die zich naar het andere geslacht kleden). Voor zover ik kan oordelen over Tom Neuwirth (Conchita Wurst), ik heb hem tenslotte nooit gesproken, zou ik denken dat hij valt onder de tweede groep. Om precies te zijn in het vakje Drag Queen. Conchita Wurst is het alter ego van Tom en puur entertainment net zoals Dolly Bellefleur de artiestennaam is onder welke Ruud Douma optreedt. Wat we dus eigenlijk op het podium zien staan, is niet een vrouw met een baard, maar een man die zich voordoet als vrouw met een baard. En dat is goed, want dat moet kunnen, net zo goed als mannen met de mannenrok (een rok ontworpen voor mannen, vergelijkbaar met een Kilt, maar is geen kilt), en de damesbroek (een broek speciaal ontworpen voor vrouwen), de manbag (de handtas voor mannen), manty’s (panty voor mannen), vrouwen in het ambt, mannen aan het aanrecht, een vrouwelijke paus, een mannelijke secretaresse

vrijdag 2 mei 2014

Vrijheid geef je door


Vrijheid is een onderwerp dat erg belangrijk is voor de gehele Nederlandse samenleving. Al sinds de eerste grondwet van 1814 staat vastgelegd dat eenieder vrij is zijn eigen godsdienst te belijden en zijn eigen mening te verkondigen. In de jaren daarna zijn er alleen maar meer en sterkere vrijheden en rechten voor burgers bij gekomen. Zo kennen we tegenwoordig naast de (vrijheids)rechten in de grondwet ook het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden, het Internationaal Verdrag inzage Burgerrechten en Politieke Rechten en vele anderen.


Naar mijn mening gaat vrijheid vooral over vrij te zijn wie je bent en de mogelijkheid dit te uiten aan de samenleving. Het beste voorbeeld vind je bij de oorsprong van de 4 en 5 mei vieringen: de Tweede Wereldoorlog. In deze oorlog waren er verschillende bevolkingsgroepen die niet vrij waren om te zijn wie ze waren. Allereerst te denken aan Joden, maar ook Jehova’s getuigen, zigeuners, homoseksuelen en gehandicapten werden vervolgd. Voor al deze mensen was de reden van vervolging iets waar zij niets aan konden doen – ervan uitgaande dat Jood of Jehova’s getuige net als zigeuner (Roma, Sinti) een afkomstkenmerk is; iets wat je meekrijgt van je ouders.


Nog steeds is vrijheid een zeer actueel onderwerp, zowel in positieve als negatieve zin. Denk aan de vrijheid van meningsuiting, maar ook de beperkingen en grenzen daaraan. Denk aan de vrijheid van homoseksuelen om te kunnen trouwen en sinds 1 april de vergrote vrijheid voor twee vrouwen om samen wettelijk moeder te kunnen zijn van hun kind, maar ook de vele incidenten van geweld tegen homoseksuelen en transgenders, soms zelfs met blijvend letsel tot gevolg. Denk aan de verhalen van racisme waarin mensen worden beoordeeld om hun uiterlijk en afkomst en daarom anders behandeld worden.

Het onlangs door de BNN opnieuw uitgezonden Grote Racisme Experiment drukt ons allemaal weer eens met de neus op de feiten. Wat het experiment laat zien is dat racisme niet iets is wat iedereen van nature doet, maar dat het iets is wat mensen wordt aangeleerd. Racisme en discriminatie, de beperking van andermans vrijheden te zijn wie hij of zij is, zijn dingen die mensen aangeleerd krijgen van hun omgeving. Dat kunnen ouders zijn, maar ook vrienden, een geloofsgemeenschap of scholen. Het zijn allemaal instituties die individuelen beïnvloeden in hun doen en laten en dus ook de mate waarin men doet aan discriminatie naar andere mensen, of mensen die ‘anders’ zijn.

Als het aangeleerd is dat je anderen niet de vrijheid gunt te zijn wie ze zijn, dan is de logische beredenering dat het omgekeerde ook mogelijk is: het afleren van deze beperking van andermans vrijheden; het aanleren van vrijheid en respect voor jezelf en voor anderen. Als iedereen nu eens zou stoppen met te zeggen dat bepaalde groepen mensen minderwaardig, slechter, dommer, zondig of pervers zijn, dan zou de wereld er zoveel mooier uit zien. Je hoeft het niet altijd eens te zijn met de levenswijze van een ander, maar zolang je er geen last van hebt, kun je wel respect hebben voor de ander als mens en persoon zoals zij ook respect hebben voor jou. Hierin kun je ook anderen stimuleren, want vrijheid geef je door.

vrijdag 25 april 2014

Hokjes - Man en vrouw

Hokjes, labels, vooroordelen. Je hebt er zo veel van, maar op de een of andere manier willen mensen toch niet gegeneraliseerd worden. We willen zijn wie we zijn als individu, op die manier worden behandeld en niet met alle stereotypen over één kam worden gescheerd. Ik hoor geregeld van mensen om me heen dat ze niet in een vakje gedrukt willen worden. "Ik ben wie ik ben en dat moet iedereen maar accepteren," is een kreet die je vaak hoort. Maar is dat nou echt zo erg? Een labeltje opgeplakt krijgen? Zijn er niet ook voordelen aan het hebben van labels en hokjes? Ik denk van wel.

In deze eerste blog over hokjesdenken en labelen wil ik het hebben over de labels 'man' en 'vrouw'. Laatst kreeg ik van een docent naar aanleiding van een voorlichting die ik had gegeven het volgende in een e-mail.
"Wat mij wel opviel, was, dat jullie eigenlijk erg conservatief zijn. Ik bedoel dan in de man - vrouw verhoudingen en verdeling van de gezinstaken; Papa werkt, mama zorgt en mag misschien ook werken.  Homo's zijn zachtaardig en vrouwelijk, de een iets meer dan de ander, en zo krijg je ook daar een man-vrouw verhouding met de bijbehorende stereotiepe taken."
Uiteraard is dit niet het beeld dat ik wil creëren, maar toen ik erover nadacht wist ik wel waar dit beeld vandaan kwam. Als je praat met leerlingen over zoveel nieuwe onderwerpen, is het fijn dat dingen een naam hebben. Tijdens de voorlichtingen komt dan ook altijd de vraag of ik in mijn vorige relatie 'het mannetje' of 'het vrouwtje' was. Ik probeer leerlingen dan te laten nadenken over de hokjes 'man' en 'vrouw'. Veel voorbeelden vind je dan in de sportwereld. Bijna iedereen zal het met me eens zijn dat vechtsporten, rugby en zelfs nog steeds voetbal meer mannensporten zijn, terwijl ballet en synchroonzwemmen meer gezien worden als vrouwelijk. Als je echter vraagt aan een klas wie van de meiden op voetbal zit, zie je dat dit toch een heel grote groep van de meiden is. Hieraan zie je al dat de laatste jaren die grenzen tussen mannen- en vrouwensporten steeds kleiner. Denk eens aan hoeveel mannelijke turners er tegenwoordig bekend zijn, de stijgende populariteit van vrouwenvoetbal, en wat te denken van sporten als hockey, atletiek, volleybal?

Toch blijft (vooral in de media) het beeld bestaan dat mannen stoer en vrouwen sexy en elegant moeten zijn (lees daarover ook in mijn eerdere blog Seks, de Seksuele Revolutie en de Seksuele Paradox). Maar geldt dan: stoer is mannelijk, sexy en elegant is vrouwelijk? Of andersom? Mannelijk is stoer, vrouwelijk is sexy en elegant. Je hoort in dit kader wel eens mensen zeggen dat homo’s ‘vrouwelijk’ zijn en lesbo’s ‘mannelijk’, of dat je binnen een homoseksuele relatie altijd een 'mannetje' en een 'vrouwtje' hebt.
Is het erg dat je sommige gedragingen en trekken ‘mannelijk’ noemt en andere trekken ‘vrouwelijk’? Ik denk van niet. Hokjes en labeltjes hebben we om aan elkaar duidelijk te kunnen maken waar we het over hebben. Iedereen weet wat wordt bedoeld met ‘mannelijk’ en iedereen weet wat wordt bedoeld met ‘vrouwelijk’. Het is ook niet zo zeer of we moeten stoppen met het gebruiken van hokjes, maar we moeten stoppen met het generaliseren van mensen in die hokjes.

Net zoals je sporten niet meer specifiek mannelijk of vrouwelijk kunt noemen, gaat dat ook met de rolpatronen binnen een relatie. De een doet meer in het huishouden, de ander meer in de tuin. Je zou het huishouden vrouwelijk kunnen vinden en in de tuin werken mannelijk, of meer nog het zijn van kostwinner. Maar steeds meer zien we huisvaders thuis bij de kinderen en vrouwelijke kostwinners. Bij homorelaties kun je die hokjes 'mannetje' en 'vrouwtje' net zo min maken. Iedereen, man of vrouw, homo of hetero, cis- of transgender, iedereen heeft eigenschappen die je bij de andere groep zou kunnen zetten, maar dat maakt iemand niet minder man of vrouw, homo of hetero, cis- of transgender.

Niet alleen homo-mannen of -vrouwen hebben vrouwelijke resp. mannelijke trekjes. Alle mannen en vrouwen hebben eigenschappen die kenmerkend zijn voor het andere geslacht. Het is belangrijk dat iedereen daar trots op kan zijn. Gelukkig kwam daarin al snel de term ‘metroman’ in het taalgebruik. Wikipedia hanteert voor ‘metroman’ de volgende definitie: “Een man die vrouwelijke trekjes vertoont en/of vrouwelijke gevoelens heeft, maar wel een (seksuele) voorkeur heeft voor het vrouwelijk geslacht en daarmee dus heteroseksueel is.” Het is jammer dat de vrouwelijke variant nog niet bestaat. Belangrijkste is echter dat het gebruik van ‘hokjes’ en ‘labels’ gebruikt wordt om duidelijk te maken wat men bedoelt. Hopelijk houdt dan iedereen in zijn achterhoofd, dat een label slechts een verkapte voorstelling van de totale werkelijkheid, maar dat daar achter nog een wereld van oneindige verschillen bestaat. 

Iedereen is anders en dat is ...

vrijdag 18 april 2014

Overwerk?

Ik had afgelopen week zo'n geweldige ervaring toen ik ging voorlichten. Ik was al voor de tweede dag samen met Silke (we zijn samen een geweldig team geworden) op een erg speciale school. Deze school was bedoeld voor jongeren met een leerachterstand of bepaalde gedragsproblemen. Zij konden deze school gebruiken als brug tussen de basisschool naar het voortgezet onderwijs. Deze groepen zijn, anders dan bijvoorbeeld een gymnasium klas, veel directer en impulsiever en in veel gevallen ook een stuk drukker!

Wij kwamen als COC onze gastles over Seksuele Diversiteit geven binnen het project Maand van Liefde en Genot. In die setting zouden we alleen de vijf jongste groepen (ze werken op deze school met groepen) van dit kleine schooltje met slechts groepen doen. Drie deden we op dinsdag en de laatste twee zouden we op de donderdag doen. Op het moment echter dat wij klaar waren met onze laatste voorlichting en in het lokaal nog even aan het napraten waren, hoorden wij twee meiden op de gang tegen elkaar kissebissen. "Het is een vrouw! Dat zeiden ze net toch?" "Hoe kan dat nou? Dat is toch gewoon echt een man, dat zie je toch zo!" Zo gingen ze tegen elkaar in. Voorlichter ben je altijd, ook als je geen voorlichting geeft. Daarom stapte ik naar buiten en probeerde mij in het gesprek te mengen. Dat was niet moeilijk, want al snel zei het ene meisje: "Meneer, die andere mevrouw, dat is een mevrouw toch?" Waarop ik haar vertelde dat ze dat zelf maar moest vragen aan Silke.

Na een korte uitleg aan deze leerlingen uit groep 7 vroeg het ene meisje: "Meneer, waarom komen jullie niet bij onze klas?" Ik legde haar uit dat wij slechts uitgenodigd waren voor de eerste 5 groepen. Toch wilde ze heel graag dat we ook bij hun in de klas zouden komen, waarop ik zei dat ze dat moest overleggen met haar docent en onze contactpersoon of dat goed was. Nog voor ik uitgesproken was, renden ze naar de personeelskamer (het was op dat moment pauze) en binnen vijf minuten was het geregeld: we zouden nog twee voorlichtingen van anderhalf uur doen. Gelukkig waren van een andere organisatie twee voorlichters minder meegekomen en dus werd ook de lunch met soep en broodjes binnen no-time voor ons gereed gemaakt.

Aan het eind van de dag, na zeven lesuren achter elkaar voorlichting te hebben gegeven aan leerlingen met een niet al te lange spanningsboog en het hart op de tong, kwamen we licht afgemat de personeelskamer in. De laatste klas was absoluut de leukste en die hebben we dan ook vele speciale extra's laten zien op het digibord, zoals de foto van mij als Drag Queen ("WOW, bent u dat?") en o.a. de website van jongenout.nl en iedereenisanders.nl. Ook werd de hele klas vreselijk enthousiast van het idee om een GSA op te richten.

Op dat moment was het echter nog niet klaar, want de personeelskamer zat vol met een groep vreselijk nieuwsgierige docenten. Nu werkten op die school al een lesbische en biseksuele docente, maar die stel je niet meteen allemaal persoonlijke vragen over hun geaardheid. Wij zijn er tenslotte speciaal voor. Uiteindelijk was het al bijna 5 uur dat wij de school verlieten en hadden we sinds half 9 met een paar kleine pauzes tussendoor de hele dag over onze seksuele geaardheid en seksuele identiteit gepraat.

Moe en voldaan zijn we achteraf weer naar huis gegaan, met de afspraak dat de docent zou kijken naar de mogelijkheden om een GSA op te richten. Hopelijk horen we nog veel van deze school. Het was me het dagje wel namelijk!

zondag 16 maart 2014

"Dat leer je bij biologie nou nooit"

Helaas was het alweer een tijdje terug dat ik nog zelf voorlichting had gegeven, maar afgelopen dinsdag was het weer een keer zo ver. We gingen met z'n drieën gezellig naar een school in Beilen, waar wij voorlichting zouden geven aan de 2e klassen vmbo. Het team van de dag bestond uit Wilfred, een homoseksuele oud-voorlichter die mij nog graag eens waar mogelijk ondersteunt met het invullen van voorlichtingen; Silke, een transvrouw die voor de tweede keer mee ging om voor te lichten; en natuurlijk ikzelf.

De eerste klas waar we waren, was een redelijk grote groep. Ik begon de voorlichting zoals ik altijd begin: eerst een opwarmertje met de introductie van het onderwerp Seksuele Diversiteit – in deze context verstaan wij daaronder voor het gemak ‘slechts’ homoseksualiteit, biseksualiteit en transgender, maar natuurlijk horen heteroseksualiteit en alle andere variaties daar ook bij. Daarna stel ik mezelf voor en vraag mijn teamgenoten zichzelf te introduceren. Als laatste onderdeel van de introductie doen we een rondje door de klas en vraag ik iedereen om zijn naam en of ze iets kunnen noemen waaraan zij denken bij Seksuele Diversiteit. Tijdens dit onderdeel kun je pas echt de dynamiek in de klas voelen.

Tot mijn verbazing bleken de leerlingen in deze grote klas geweldig op elkaar ingespeeld en een super gezellige groep – zij het dat ze een tikkeltje druk waren. De leerlingen luisterden goed naar wat iedereen te zeggen had en reageerde fijn op elkaar. Ook tijdens de voorlichting was één woord genoeg om de rust in de klas te doen wederkeren en ervoor te zorgen dat iedereen weer naar elkaar luisterde.

Op een gegeven moment werd het onderwerp Transseksualiteit aangesneden. Uiteraard vroeg ik of Silke misschien dit deel van de voorlichting wilde ‘leiden’. En dat deed ze met verve. Om te proberen uit te leggen hoe transseksualiteit ‘werkt’ tekende ze een poppetje op het bord. “Iedereen weet wel wat ‘geslacht’ betekent, denk ik,” begon Silke haar uitleg. De klas liet merken dat dit zeker wel het geval was. “Je geslacht,” vervolgde Silke, “zit tussen je benen.” Terwijl Silke een met een cirkel het kruis van het poppetje accentueert en er ‘geslacht’ bij zet, begint de klas te lachen. “Maar weten jullie ook wat het woord ‘gender’ betekent?” vraagt Silke. Er volgt een enkele poging uit de groep, maar Silke is niet tevreden. “‘Gender’ is hoe je je geslacht van binnen ervaart, hoe je geslacht van binnen voelt, dat zit in je hoofd.” Langzaam zie je dat de leerlingen het begrijpen. Voor de volledigheid vervolgt Silke haar verhaal. “Dan heb je nog wat we ‘seksuele geaardheid’ noemen, of makkelijker gezegd: ‘liefde’. Hiermee bedoelen we op wie je verliefd wordt. Dat zit in je hart.

“Nu kan het soms zijn dat je ‘gender’, dus wat je voelt, niet hetzelfde is als je ‘geslacht’. Als dat zo is, dan zeggen we dat iemand ‘transseksueel’ is.” Nadat we ook hebben uitgelegd dat deze drie onderdelen, namelijk ‘gender’, ‘geslacht’ en ‘liefde’ bijna oneindig kunnen variëren, steekt een jongen zijn vinger op:


“Wat is dit super interessant zeg! Dat leer je bij biologie nou nooit!”


 Anonieme jongen, 2 vmbo

vrijdag 7 maart 2014

Seks, de Seksuele Revolutie en de Seksuele Paradox

Seks: iedereen doet eraan, maar toch hebben we het er liever niet over. Althans, de meeste mensen. Dat was ook de boodschap die ik meekreeg tijdens het Kenniscafé dat ik bijwoonde in Amsterdam over de 'Seksuele Paradox'. In een zeer ontspannen sfeer werd tijdens een 'live' radio uitzending een uiteenzetting gegeven over hoe er in de westerse samenleving wordt omgegaan met Seks.
Eerste gast tijdens deze avond was Laurens Buijs, socioloog werkzaam aan de Universiteit van Amsterdam. Hij vertelde over hoe in de jaren '60 tot '70 het startsein werd gegeven voor iets wat tegenwoordig ook wel bekend staat onder de naam 'Seksuele Revolutie'. In deze tijd stond alles op zijn kop rondom seks: alles kon; volledige vrijheid.

Conflicten in de seksuele revolutie

Gert Hekma, hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, ziet in de seksuele revolutie tegenwoordig vooral een groot aantal conflicten. Bepaalde groepen die in opstand komen tegen de gevestigde autoriteit. Dit kan heel breed gezien worden. Zo zijn er conflicten tussen uiteraard pubers en hun ouders, maar ook leerlingen tegen docenten, homo's tegen de gevestigde hetero-standaard en de vrouw tegen de nog altijd prominent aanwezige mannelijke autoriteit.

Volgens Laurens was de 'Seksuele Revolutie' van de jaren '60 en later vooral een generatieconflict. De jeugd (vooral studenten) stond op tegen de oude normen en waarden waarin seks vooral iets was, bedoeld om je voort te planten. Langzamerhand echter werd ook de genotskant van seks en seksualiteit steeds meer geaccepteerd en ook geaccentueerd. Dat, echter, was niet het enige. Seks werd ook steeds meer voor andere doeleinden gebruikt. Steeds vaker dook seks of seksualiteit op in reclames, advertenties of campagnes. Iedereen kent immers de poster van de Pacifistisch Socialistische Partij. Op die poster wordt bloot (in die tijd zeker geassocieerd met seks) gebruikt om vrijheid te symboliseren.

Vrijheid

Vrijheid is één van de sleutelwoorden binnen de seksuele revolutie (die op sommige vlakken nog altijd bezig is). Hierbij kun je vooral denken aan vrijheid van vrouwen (en feminisme) en homoseksuelen. Zoals we echter al hebben gezien werd seks ook gebruikt om andere vormen van vrijheid te laten zien. PSP zag hierin de vrijheid in de zin van vrij van wapens en vrij van oorlog. In mijn visie is seks in de eerste plaats iets dat ontstaat uit liefde. Door zo dicht bij elkaar te komen (of zelfs in elkaar) laat je zien dat je heel veel van elkaar houdt. Dit is ongetwijfeld ook waar de mensen van PSP aan hebben gedacht. Liefde, geen oorlog. Make love, not war.

De Paradoxen

Maar wat is dan precies die paradox? Die paradox in de seksuele revolutie zien we vooral bij de huige jeugd. De normen keren de laatste jaren weer terug naar oude standaarden, aldus Laurens. Monogamie wordt weer steeds belangrijker gevonden. Ook moet je als meisje niet zomaar met iedereen gaan en een 'slet' worden. En als jongen moet je er voor oppassen een 'player' te zijn. Dat zegt Marianne Cense, seksuologe bij Rutgers World Population Found, hét kenniscentrum over seksualiteit binnen en buiten Nederland. Ondanks dat de jeugd niet 'slet' of 'player' gevonden wil worden, moeten jongens en meisjes wel voldoen aan bepaalde seksuele gendertyperingen. Zo moeten meisjes vooral sexy zijn, maar integer, en jongens vooral stoer, maar respectvol tegen meisjes.
Een ander deel van die paradox vinden we in bed. Zoals ik al aangaf, en ook door Laurens werd benoemd, ging (en gaat) een groot deel van de seksuele revolutie over gelijkheid. Dit vinden we terug in de seks, waarin het belangrijk wordt gevonden dat beide deelnemers klaarkomen en dat er een grote mate van wederkeringheid plaatsvindt tijdens de seks. De man en de vrouw zijn in de relatie, maar ook in bed, steeds meer gelijk geworden. Monogamie is ook de laatste jaren steeds weer meer belangrijker geworden. Trouw blijven aan elkaar, maar ook: alleen seks binnen een relatie. Dit staat in contrast met hoe de revolutie eigenlijk begon. Seksuele vrijheid; 'vrijheid, blijheid', zoals de bekende leus klinkt. Wat we tegenwoordig, naast de meer klassieke waarden als 'gelijkheid (in bed)' en 'monogamie' zien, is het feit dat er steeds meer wordt geëxperimenteerd in relaties. Ook raken bepaalde fetishes steeds meer uit de taboesfeer, althans...
Zijn we nu wel zo open over seks? Zoals het hier boven staat lijken bepaalde elementen in 'seks' steeds vrijer te worden. Praten over seks met onze vrienden, blijft echter voor velen een grote drempel. Seks is voor velen nog steeds iets dat binnen de muren van de slaapkamer gebeurt en niet gedeeld hoeft te worden met de buitenwereld. Seks wordt gezien als iets persoonlijks waarmee je anderen niet moet lastigvallen.

Homoacceptatie

Dit zien we ook terug in de gevechten naar homoacceptatie. Als je mensen vraagt (ook op verantwoorde, niet geladen manier) wat ze vinden van homoseksualiteit, hoor je van vooral mannen vaak het zelfde antwoord: "Ik vind homo's helemaal prima, als ze maar van mij afblijven." Vaak zou ik dan terug willen zeggen: "Alsof ze aan jou zouden willen zetten!" Dat kun je echter meestal beter laten. Wat vaak de achterliggende gedachte is van deze mannen, maar ook van anderen, is: homoseksualiteit is helemaal prima, maar 'not in my face'.
Dit is wat Garjan Sterk, media deskundige en docente aan de Hogeschool van Amsterdam, ziet in haar werkveld. In de media zien we steeds meer seks en seksualiteit. De gedachte is alleen dat dit zo algemeen en onpersoonlijk mogelijk moet blijven. Een voorbeeld dat Garjan geeft is het homohuwelijk dat onlangs gesloten is in de bekende soap Goede Tijden Slechte Tijden (GTST). Door veel van Garjans studenten, maar ook daarbuiten, wordt dit gezien als provocatie van homoseksuelen. "Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg." "Wij hoeven dit niet te zien." Dat zijn reacties op bijvoorbeeld de homokus en de eerste homoseksscène die ook in de verhaallijn van GTST langskwamen.

Maar waarom dan wél al dat geflikflooi van de hetero's in de (in mijn opinie vaak redelijk platte) soap? Garjan denkt dat het ligt aan de mate waarin je jezelf ergens mee kunt identificeren. De meeste kijkers van GTST kunnen zich vooral identificeren met de heteroseksuele personages in de soap. Juist dat zich niet in kunnen leven in de homoseksuele medemens, maakt dat homoseksualiteit niet geaccepteerd wordt. Juist door homoseksualiteit zichtbaar te maken, zal het integreren in de samenleving en wordt het meer geaccepteerd.

Twee typen emancipatie

In de verschillende emancipatiebewegingen zijn twee verschillende stromingen aan te merken volgens Laurens Buijs. In de ene soort is er wel sprake van een revolutie, waarin gelijke rechten worden nagestreefd, maar staat daar tegenover dat er wel degelijk verschillen mogen zijn tussen de groepen. Als voorbeeld zou je in de vrouwenemancipatie kunnen zien dat vrouwen vooral objectief gelijkgesteld willen worden aan mannen. Een belangrijk punt daarin is de gelijke inkomens verdeling tussen mannen en vrouwen. Het verschil dat er echter mag zijn, is dat vrouwen sexy mogen zijn, van hun aard uit zorgzamer zijn en beter over hun gevoelens kunnen praten dan mannen.
Hiertegenover staat een groep die de gelijkheid zo strak wil doortrekken dat er helemaal geen verschil meer bestaat. Dit zijn ook bijvoorbeeld die homo's die vinden dat homo-mannen zich ook gewoon mannelijk moeten gedragen en lesbiennes zich vrouwelijk moeten gedragen. Volledige integratie is hun doel.
Ik persoonlijk zou juist willen streven voor een grote diversiteit aan mensen. Durf bijzonder te zijn en laat zien wie je bent. Dat vind ik belangrijk.

dinsdag 4 maart 2014

De Intake

Als coördinator Voorlichting bij COC Groningen en Drenthe ben ik de laatste tijd vooral nog met één ding bezig: op zoek naar nieuwe voorlichters. De groep waar we mee zitten is helaas het laatste halfjaar erg uitgedund.
Iets wat daar onlosmakelijk mee verbonden is, is het houden van intakes. Tegenwoordig doe ik er bijna elke week een, en zo ook vandaag.
Ik moest denken aan hoe ik zelf ooit begonnen ben. Ik was 15 en nog niet zo heel lang uit de kast, maar gelukkig is die periode zonder al te veel moeilijkheden voorbij gegaan. Met mijn vriend die ik toen had ben ik een keer mee geweest terwijl hij een voorlichting gaf (niet via het COC, maar als oud-leerling) en dat vond ik erg leuk. In mijn klas zat naast mij ook een (openlijk) lesbisch meisje en samen hebben we het idee opgepakt om ons aan te melden als voorlichters bij COC Zwolle.

Op een regenachtige naar ik meen woensdagavond zijn we met z'n tweeën de lange busreis van Emmeloord naar Zwolle gaan maken. Als twee jonge pubers liepen we met Google Maps op de telefoon door de straten van het centrum van Zwolle. Toen we hadden gevonden waar we moesten zijn werden we heel hartelijk ontvangen door een leuke vrolijke man die ons thee en zowaar een lekker stuk taart gaf. Hij vertelde over wat hij voor COC Zwolle deed en vroeg ons ook over wat we allemaal deden in het dagelijks leven. En uiteraard waarom we voorlichting wilden gaan geven. Zelf gaf hij niet heel actief meer voorlichting. Zijn taak was nu meer beperkt tot een coördinerende functie.
Eerst zouden we een aantal keren mee-'guppen' met ervaren voorlichters. Dat is hoe in Zwolle de nieuwe voorlichters worden genoemd die nog niet zelfstandig voorlichting geven: 'Gup'. Het klinkt een beetje oneerbiedig, maar stiekem vind ik het nog steeds wel iets hebben. Achter de schermen gebruik ik de term in Groningen dan ook nog steeds.
Na de tijd werden we uitgenodigd voor de eerste vergadering en zouden we de planning toegestuurd krijgen via de e-mail. Dan konden we alvast kijken wanneer we voor de eerste keer mee zouden kunnen lopen.

Als ik tegenwoordig intakes doe, probeer ik altijd die ongedwongen sfeer die er toen was ook te creëren. Ik zie het nooit als een serieuze sollicitatie waarbij ik kritische vragen moet stellen. De vrijwilligers die zich aanmelden zijn eigenlijk altijd wel gemotiveerd om te gaan voorlichten en doen dat ook uit hun eigen overtuiging dat het hard nodig is. Juist door deze motivatie leren voorlichters snel en is van de meeste vrijwilligers wel een goede voorlichter te maken. Het belangrijkste is dat je gemakkelijk kunt praten. Tijdens de voorlichtingen snijd je een onderwerp aan, dat voor veel leerlingen best lastig is. Als je daar zelf al moeite mee hebt, hoe kun je dan ooit een levendige voorlichting verzorgen?

De dame en heer van vandaag waren beiden goed geschikt als voorlichter. Ik heb een erg leuk gesprek gehad en hoop dat ze snel een keer mee kunnen lopen!

"Praat met iemand bij wie je je prettig voelt. Praat, praat, praat."
 
 Sipke-Jan Bousema

dinsdag 25 februari 2014

Drag Queens

Afgelopen zaterdag was er in De Kast, de grootste Gay club van Groningen op dit moment, de Groninger Drag Queen verkiezing. Een geweldige avond waar ik heerlijk even kon loskomen van de minder leuke dingen die middag. Ik was die avond met twee vriendinnen van het COC. Uiteindelijk bleek het, naast een vooral erg gezellige avond, ook een avond die achteraf verschillende discussies heeft doen oplaaien.

Eén van de discussies ging over een bericht in het Dagblad van het Noorden. Op zichzelf was het een heel positief artikel over hoe mensen zich lekker kunnen uitleven in iets waar ze zich goed bij voelen. Kort gezegd: even lekker jezelf zijn. Op Facebook echter las ik een discussie waarbij het er om ging of dit beeld wel in de krant zou moeten worden gepresenteerd als compleet 'normaal'. Zou dat niet het beeld van homoseksuelen als groep kunnen aantasten? De vooroordelen bevestigen? Je moet dan denken aan 'alle homo's zijn verwijfd' en 'alle homo's willen zich verkleden als vrouw'.
Ik sta daar zelf niet al te doemdenkend in. Wellicht zou zo'n artikel een deel van de vooroordelen kunnen bevestigen. Zijn immers niet uiteindelijk alle vooroordelen op waarheid zijn gebaseerd of voortgekomen uit ervaringen die mensen hebben met een groep. Kunst is dus om iets als deze Drag Avond zo normaal mogelijk te presenteren, maar daarbij er wel om te denken dat dit natuurlijk niet voor de complete groep homo's geldt.
Ik persoonlijk vind het erg goed dat er in een krant als Dagblad van het Noorden aandacht besteed wordt aan een dergelijk evenement. Het is goed om verschillende ervaringen van mensen te lezen. Ook al ben je zelf geen homo, je leest toch hoe anderen (bijvoorbeeld homo's) over bepaalde dingen denken. Vooral belangrijk zijn ook bepaalde gevoelens die mensen in zo'n krantenartikel naar voren kunnen brengen. In mijn voorlichtingswerk zie ik dat ook terug. Een algemeen verhaal over wat homoseksualiteit is spreekt totaal niet aan. Grote lijnen over homoseksualiteit, de standaard feitelijkheden, zijn vaak toch wel bekend. Waar het echt om gaat, is het gevoel dat mensen hebben; het gevoel 'onderdrukt', gediscrimineerd en niet begrepen worden.

Tijdens de voorlichtingen van het COC hebben we altijd een onderdeel 'persoonlijk verhaal'. Een echt 'onderdeel' kun je het eigenlijk niet noemen, maar de essentie is dat tijdens elke voorlichting sowieso een positieve en een negatieve ervaring worden verteld. Dit is dus iets wat de voorlichter zelf heeft meegemaakt. Je merkt altijd dat tijdens die momenten alle leerlingen aan je lippen hangen. Na de tijd komen er altijd verdere vragen vanuit de klas, maar we vragen de klas ook om zich in te leven in de vertelde situatie. Hierdoor krijgen de jongeren veel meer begrip voor het feit dat je homoseksueel (of bi of trans of whatever) bent. Ze gaan je meer zien als persoon zoals zijzelf dan als 'die homo die even wat komt vertellen'.
Ikzelf ben ook eens Drag Queen geweest tijdens een thema feestje van mijn studie (zie foto) en vond dat geweldig. Je kunt één avond lang je compleet uitbundig gedragen en eens lekker iemand anders zijn, en toch jezelf.
Over dat laatste ging een andere discussie, maar die zal ik later bespreken.

maandag 24 februari 2014

Studiekeuze

Daar is hij dan, mijn eerste echte blog. Het voelt een beetje onwennig zo deze eerste keer. Je ziet een volledig lege blog met alleen een verhaaltje over mijzelf. Toch vind ik dat ik eerst moet beginnen met mezelf voor te stellen. Voor de context van wat ik ga schrijven is dat noodzakelijk denk ik. Mijn naam is Remco Vonk, ik ben van bouwjaar 1994 en mag me daarom op moment van schrijven nog steeds tiener noemen. Ik zeg er bij 'mag' want de term 'tiener' is niet bepaald iets waar ik mij mee identificeer. Dat wil uiteraard niet zeggen dat ik niet geniet van mijn heerlijke tijd als jonge student in de geweldige studentenstad Groningen. Daar studeer ik nu voor het tweede jaar en heb hier een appartementje samen met een heel goede vriendin van mij en een vriendin van haar. Althans, die laatste komt er officieel pas vanaf 1 maart in.

Toen ik hier kwam in 2012, was het hoofdzakelijke doel uiteraard om te studeren en een intelligente jonge man te worden. Maar gezien mijn brede interesse is het wel erg lastig om te kiezen welke studie het dan wordt. Ik ben gek op talen, dus had een taal kunnen gaan studeren. Maar wat moet je daar mee in de toekomst? Je hele leven vertalen en voor de klas staan? Uiteraard weet ik wel dat het niet zo slecht gesteld is, maar toch had ik het idee dat een taal studeren erg beperkt was.
De bèta studies zijn hoe interessant soms ook, niet helemaal mijn ding. Dit heeft uiteraard al zijn oorsprong bij mijn keuze om een Cultuur en Maatschappij profiel te doen op de middelbare school. Een sociale studie dan? Ik ben altijd erg geïnteresseerd in psychologie en hoe mensen denken, maar wat ik nóg interessanter vind, is hoe mensen met elkaar omgaan in groter verband. Daarom belandde ik al snel bij Sociologie. Maar ook het beroepsperspectief van de Socioloog is niet heel breed; je wordt onderzoeker of beleidsmedewerker. Gelukkig kun je er ook voor kiezen een eerstegraads docentenbevoegdheid te halen voor de vakken Maatschappijleer en Maatschappijwetenschappen op de middelbare school.
Er was echter altijd nog een ander vak dat mij heel erg interessant leek: Rechter. Daar moet je Rechten voor studeren. Eindelijk een studie waar je ook nog iets mee kunt en die nog enige status heeft. Moest ik nu kiezen voor een studie die me oprecht erg interessant leek, of moest ik gaan voor een andere interessante studie met een mogelijke pracht job? Toen ik het er met mijn decaan over had, had ze maar één oplossing: "Dan doe je toch gewoon allebei?"
Inmiddels zit ik van beide studies in het tweede jaar. Heb ik voor Sociologie de propedeuse in één jaar gehaald, en heb van Rechten inmiddels ruim 40 punten. Beide studies vind ik nog steeds even leuk – allebei wel om volledig verschillende redenen. En wat ik er mee wil doen? Werkelijk nog geen idee, maar ik mag volgens mijn planning nog 2 jaar erover doen om te besluiten wat voor Master(s) ik er achteraan ga doen.

Uiteindelijk is die introductie uitgelopen op een uiteenzetting over mijn studiekeuze, ach, de rest ontdekken jullie vanzelf.